Wat is de betekenis van suikeroom?

2024-04-27
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2024)

suikeroom

(1969) (inf.) geldschieter; oudere man die een veel jongere vrouw helpt of onderhoudt. Vgl. Am.-Eng. sl.: sugar* daddy. • Monique had een ‘sugardaddy’, een suikeroompje, die alles voor haar betaalde en het appartement ingericht had. (Jan Cremer: Made in USA. 1969) • De heren Mottet, Lino, Madiot en Pensee en vele, vele andere...

2024-04-27
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

suikeroom

suikeroom - Zelfstandignaamwoord 1. rijke oom die mogelijk wat te vererven heeft Woordherkomst samenstelling van suiker en oom

2024-04-27
Van aalmoes tot zwijntjesjager

Dr. E. Schröder (1980)

Suikeroom

Wat wij suiker noemen heet in het Frans sucre, in het Engels sugar, in het Duits Zucker, in het Spaans azucar, in het Italiaans zucchero en zo kan men doorgaan. Het woord is internationaal. In Europa is het uithet Arabisch overgenomen. In die taal luidde het: sukkar. De Arabieren hadden dit woord uit het Perzisch overgenomen en de Perzen hadden het...

2024-04-27
Zuid-afrikaans woordenboek

H.J. Terblanche - M.A., D. Litt

suikeroom

ryk erfoom.

2024-04-27
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

2024-04-27
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Suikeroom

m. (-s).

2024-04-27
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

suikeroom

m. suikerooms (rijke erfoom).

2024-04-27
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

suikeroom

m. (-s; -pje) rijke erfoom.

Wil je toegang tot alle 11 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-27
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

suikeroom

m. (-s), rijke erfoom.