stilzwijgen
stilzwijgen - Werkwoord 1. (ov) trachten de aandacht niet op iets te laten vallen, moedwillig uit het nieuws houden ♢ De waarheid is echter altijd stilgezwegen. Woordherkomst samenstelling van stil en zwijgen
Wiktionary (2019)
stilzwijgen - Werkwoord 1. (ov) trachten de aandacht niet op iets te laten vallen, moedwillig uit het nieuws houden ♢ De waarheid is echter altijd stilgezwegen. Woordherkomst samenstelling van stil en zwijgen
Muiswerk Educatief (2017)
stilzwijgen - zelfstandig naamwoord uitspraak: stil-zwij-gen 1. toestand waarin niet gesproken wordt ♢ in stilzwijgen zaten we daar te wachten 1. stilzwijgen in acht nemen [er niets over zeggen]...
Prof. dr. J.C. Groot (1955)
is niet slechts iets negatiefs, een middel om kwaadspreken te voorkomen (Spr. 17 ‘91 25 : 9; Jac. 1 : 19), maar ook iets positiefs, echt een uiting van onze redelijke, menselijke natuur, die heel bewust weet te zwijgen totdat de tijd van spreken gekomen is (Eccl. 20 : 7). „Zwijgzaamheid is spanning; zij veronderstelt niet alleen ke7inis...
Van Dale Uitgevers (1950)
I. (zweeg stil, heeft stilgezwegen), 1. (onoverg.) niet spreken: over iets stilzwijgen; 2. (onoverg.) ophouden met spreken, van zich te doen horen: hier zweeg zij stil, want zij bemerkte dat ze te ver gegaan was; 3. (onoverg.) (in godsdienstig spraakgebruik) niet murmureren, berusten: wij zwijgen stil tot Uwen raad, wij willen ne...
M. J. Koenen's (1937)
1. zweeg stil, h. stilgezwegen (niet spreken [over]): (over) iets stilzwijgen; 2. zn. o.: iem. het stilzwijgen opleggen.
Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)
Ook dikwijls in het Latijn Silentium genoemd. Een in alle geestelijke instellingen streng bevolen of althans hoog gewaardeerde en aanbevolen oefening van bedwinging van den drang tot spreken, als een der voornaamste middelen om tot ingekeerdheid te geraken en ook voor anderen een sfeer van ingekeerdheid te scheppen. De Kerk kent Orden met bijna vol...
Jozef Verschueren (1930)
('stil) 1. (zweeg stil, heeft stilgezwegen) niet spreken: over iets -. 2. o. het niet spreken: iemand het opleggen; men wordt verzocht het te onderhouden, te bewaren; iets met voorbijgaan, er niet over spreken.
Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)
I. (zweeg stil, heeft stilgezwegen), niet spreken; II. zn. o., de onbep. w. als zn. gebruikt, de toestand dat men zwijgt of niets van zich laat horen: iemand het — opleggen, hem verbieden te spreken.
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: