spitsboef
skurk, groot skelm.
T. Pluim (1921)
Spits is letterlijk: het scherpe werktuig; zooals spie{t)s = het scherpe wapen. Een spitsboef is letterlijk : een scherp (zinnige) knaap (in ’t Duitsch is Bube nog knaap); bij uitbreiding een geslepen, niet te vertrouwen persoon.
Dr. C.H. PH. Meijer (1919)
uit spits, puntig, scherp en boef. Het woord boef zelf, mnl. boeve, hgd. Bube, dat óók de ongunstige bet. heeft, beteekende oorspronkelijk jongen, dan trosknecht, en dan schelm. In stalboef en paardenboef heeft het nog zijn eerste beteekenis van jongen of bediende. Vroeger werd een bediende of oppasser in ’t leger ook jongen gen...
J.Pluim (1911)
is een puntige, fijne, sluwe boef (en boef is. oorspr. een knaap, vgl. ’t Hgd. Bube); eveneens is spitsvondig: spits (= fijn, loos) van vond (ons vondst), m. a. w.: wat fijn gevonden is; oorspr. dan ook in gunstige bet., vgl. Brandt:. „de allergeleerdsten en spitsvondighsten." — In spitsbroeder is spits het Hgd. Spiess = spie...
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: