smoelen
1) (1991) (inf.) er goed uitzien. • Smeekes pakt, voordat de bijeenkomst begint, een exemplaar aan van de pr-adviseur die voor de nieuwe versie verantwoordelijk is. Smeekes vindt de verandering een verbetering. "Ja," zegt de ander, "het smoelt beter. (Het Parool, 16/04/1991) • En dat terwijl ik soms stotter. Er zijn er ook die veel aardi...