Wat is de betekenis van slimbo?

2024-04-27
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2024)

slimbo

(1980+) (turbotaal) hoogbegaafd kind. Meer algemeen: gewiekst persoon; gladakker; slimmerd. • Achter de schermen rekenen de slimbo's. (Kop van artikel in De Volkskrant, 12/09/1987) • Lijkt het jou ook zo geweldig om een slimbo te zijn? Het moet toch een fantastisch gevoel zijn als je je nooit zorgen hoeft te maken over je rapport. (Club,...

2024-04-27
Scheldwoordenboek

Marc de Coster (2007)

slimbo

gladde jongen; gewiekst iemand. Turbotaal uit de jaren negentig. Aanvankelijk van toepassing op een hoogbegaafd kind. Later kreeg het woord negatieve associaties.Ja, die zat hier tussen de struiken, slimbo! (Rascha Peper, Rico’s vleugels, 1993) En als politiek okeeë slimbo, als zakenman-met-het-hart-desondanks-op-de-juiste-sociaaldemocr...

2024-04-27
Woordenboek van Neologismen

Marc de Coster (1999)

Slimbo

Slimbo - gewiekst persoon; gladakker; slimmerd. Vnl. jeugdslang, al opgenomen door Van Dale (1992). Achter de schermen rekenen de slimbo’s. Kop van artikel in de Volkskrant, 12-09-87 Lijkt het jou ook zo geweldig om een slimbo te zijn? Het moet toch een fantastisch gevoel zijn als je je nooit zorgen hoeft te maken over je rapport. Club, maart 1988...

Gerelateerde zoekopdrachten