showbink, showpik
(1964) (jeugd) iemand die op uiterlijk vertoon gesteld is; opschepper; patser. Syn.: blitskikker*. • Noemt gij mijn een aansteller, een sjoobink? (Jan Cremer: Ik Jan Cremer. Eerste Boek. 1964) • Sjoobink, zie blitskikker. (R.G. Broersma: Recht voor z'n Raap. Jargonboek voor hippe en andere vogels. 1970) • Hoe klein de wereld eigen...