Seigneur
[Fr., van Lat senior = oudere, vergrotende trap van senex = oud] adellijk of aanzienlijk heer (zie ook grand -).
A. Kolsteren en Ewoud Sanders (1994)
[Fr., van Lat senior = oudere, vergrotende trap van senex = oud] adellijk of aanzienlijk heer (zie ook grand -).
Van Dale Uitgevers (1950)
(Fr.), m. (-s), aanzienlijk, adellijk heer; grand seigneur, grote mijnheer; iem. die het optreden en de manieren van een groot heer heeft.
Winkler Prins (1949)
(van Lat. senior, de oudere; afgek. sieur, sire), in Frankrijk tot 1789 de bezitter van een Kroon-leen of seigneurie met alle daaraan verbonden rechten. Nadien nog slechts titel o.a. voor vorsten en bisschoppen. Le Grand S., de Turkse sultan. In kerktaal notre S. = Christus. Een grand S. : iemand die op grote voet leeft.
M. J. Koenen's (1937)
m. seigneurs (Fr. adellijk heer): grand seigneur, grote hans; zegsw. den grand seigneur spelen, de gebraden haan uithangen.
Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)
[Fr.Lat. senior, de oudere], m. (-s), 1. (in het algemeen) aanzienlijk persoon; grand seigneur, grote meneer; 2. (hist. ; Frankrijk) de leenheer van een heerlijkheid.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: