Wat is de betekenis van Scherven?

2024-04-26
Lexicon van het bijgeloof

Walter Gerlach (2000)

Scherven

→ Spiegel.

2024-04-26
Dromen encyclopedie

Fink (1998)

Scherven

Brengen in de droom niet altijd geluk. (Zie ook ‘Glas’, ‘Porselein’ en andere breekbare voorwerpen).

2024-04-26
Agrarisch Encyclopedie

Veerman (1954)

Scherven

of plakken is een in Boskoop gebruikelijke term voor copuleren.

2024-04-26
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Scherven

(scherfde, heeft gescherfd), 1. (Zuidn.) schilferen, afbrokkelen: de pot begint te scherven, brokjes verglaassel beginnen los te laten ; 2. (Zuidn.) kerven, kleinsnijden, fijnhakken; 3. (grondw.) door steken fijn verdelen: de grondaanvulling achter bekledingsmuren moet geschieden in dunne lagen, goed aangestampt, nadat de grond fijn is...

2024-04-26
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

scherven

scherfde, i. gescherfd (1 Z.-N. van aardewerk enz.: afschilferen; 2 in scherven vallen): 1. die kan begint te scherven; 2 vocht en glas spatte en scherfde om hem heen.

2024-04-26
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

scherven

('schervən) (scherfde, gescherfd) 1. (heeft) fijnstoten, -steken: grond, metselspecie -. 2. (is) in scherven vallen: het glas scherfde om hem heen.

2024-04-26
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Scherven

Scherven - (scherfde, heeft gescherfd), splijten, brokkelen : de pot begint te scherven, brokjes verglaassel beginnen los te laten; — kerven, klein snijden in den scherfmolen; (grondw.) fijn verdoelen : de grondaanvulling achter bekleedingsmuren moet geschieden in dunne lagen, goed aangestampt, nadat de grond is fijn gescherfd.

2024-04-26
Nieuw woordenboek der Nederlandsche taal

I.M. Calisch (1864)

Scherven

Scherven, ow. gel. (ik scherfde, heb gescherfd), splijten, brokkelen; de pot begint te - (brokjes verglaassel af te werpen).