Wat is de betekenis van Scheft?

2025-07-16
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Scheft

m. (-en), ben. (te Rotterdam) voor het nonnetje of weeuwtje, de kleinste zaagbek (Mergus albellus).

2025-07-16
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Scheft

Scheft - m. (-en), naam te Rotterdam aan het nonnetje of weeuwtje, den kleinsten zaagbek (mergus albellus) gegeven.