scheerling
...
Van Dale Uitgevers (1950)
I. v., (plantk.) 1. wilde of dolle kervel, een vergiftige plant (Conium maculatum); 2. gew. benaming voor waterscheerling, pijpkruid en hondspeterselie. II. v. (-en), (gew.) touw dat aan twee of drie hoeken van een vlieger is vastgemaakt en waaraan het vliegertouw bevestigd wordt. III. v., (Zuidn.) wrat afgeschoren is; afgeschoren takje(s...
Grasduin in meer dan 507 woordenboeken en encyclopedieën. Krijg toegang tot maar liefst 2.316.291 begrippen, 37.599 spreekwoorden en 78.030 synoniemen.
Word nu vriend van Ensie!
drs. L.A. Beeloo (1981)
enige zeer giftige schermbloemigen. De bekendste zijn de waterscheerling met haar gekamerde wortelstok en de gevlekte scheerling met rode vlekjes op de stengel. Met haar sap was de gifbeker gevuld die Sokrates moest drinken.
Prof. Dr. J.H. Brouwer (1958)
(Fr.: giftich piipkrûd). Plant. Gevlekte S. verspreid langs wegen en op ruige plaatsen.Water-S. (Fr.: stjonkwoartel), een gevaarlijke gifplant, in moeras, vooral langs kanten van sloten en op drijftillen.
Uitgeversmaatschappij A. Manteau N.V. (1954)
Winkler Prins (1949)
gevlekte (Conium maculatum), plant uit de Schermbloemfam*. Stengel bruinrood gevlekt. Onaangename geur. Langs dijken en wegen. Vergiftig. In de geneeskunde gebruikt.
M. J. Koenen's (1937)
v. scheerlingen (schermbloemige plant, gewiekte scheerling of dollekervel, giftplant; Lat. conium maculatum; gew. ook pijpkruid, hondspeterselie).
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: