Wat is de betekenis van rozet?

2024-04-30
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2024)

rozet

(1984) (vnl. homotaal) anus. Syn.: tummetje*. Zie ook: de rozet likken. • (Arendo Joustra: Homo-erotisch woordenboek. 1988) • (Robert Henk Zuidinga: Sexicon. Sexuele taalgids voor de jaren '90. 1992) • (Marlies Philippa: Lustwoorden. Over eten en seks in taal. 2004) p. 70 • Claire duwde met haar vinger tegen de ingang van...

2024-04-30
Lexicon voor de kunstvakken

Wouter van Boesschoten, Wieneke van Breukelen, Ton Konings m.m.v Henriette Coppens, Eefje Lonis, Jos van Waterschoot & Simon Wienke (2002)

rozet

Een rozet is een versiering waarvan de vorm (1) doet denken aan een roos.

2024-04-30
Woordenboek vreemde woorden

A. Kolsteren en Ewoud Sanders (1994)

Rozet

[Fr. rosette = lett.: kleine roos, van rose, Lat. rosa = roos] 1. roosvormig sieraad of versiersel; 2. ronde knoop van een ordelint, in het dagelijks leven in het knoopsgat gedragen, als aanduiding dat de drager officier in een ridderorde is; 3. in facetten geslepen diamant met plat grondvlak; 4. (plk.) krans van...

2024-04-30
Vreemd Nederlands

Jan Meulendijks (1993)

Rozet

(roset) roosvormig versiersel; bladerkrans; ronde knoop van een ordelint; op een bepaalde wijze geslepen diamant

2024-04-30
De grote encyclopedie van het antiek

Jan Durdik en anderen (1970)

Rozet

(Fr. : rosette = roosje) is een de cirkelvorm benaderend ornament, afgeleid van een in het platte vlak geziene bloemkelk (roos. margriet). In de 19de eeuw noemt men ook de middenversiering van stucplafonds een rozet. Verder zijn er talloze voorbeelden van rozetten als vrije beëindigingen aan meubels, hekken en deuren. Het gotische roosvenster...

2024-04-30
Surinaams woordenboek

J. van Donselaar (1936)

rozet

(de, -ten), (ook, als schoenmakersinstrument) rollet, d.i. een geribbeld wieltje aan een metalen staafje, waarmee de uitstekende bovenrand van een schoenzool geribbeld gemaakt wordt. - Etym.: Het wieltje lijkt op sommige enigszins roosvormige versieringen die in AN met ‘rozet’ worden aangeduid. Samenst.: handrozet, machinerozet.

2024-04-30
Kunstgeschiedenis

Amsterdam Boek (1959)

Rozet

(Fr. rosette: roosje), ornamentvorm, die bijna of helemaal cirkelvormig is, bestaande uit platte bloemkelk, zie oostaziatische kunst - China – heilige vaten; zie: islamitische kunst - oorsprong.

2024-04-30
De vreemde woorden

Fokko Bos, Dr. O. Noordenbos (1955)

Rozet

zie: rosette

Wil je toegang tot alle 20 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-30
Agrarisch Encyclopedie

Veerman (1954)

Rozet

Een r. is in wezen een schijnkrans, uit een (vrij) groot aantal bladeren bestaande; deze bladeren staan dus. doordat de stengelleden uiterst kort blijven, zeer dicht opeen. Verreweg het belangrijkste is wel het wortelrozet.