Wat is de betekenis van Rijtuig?

2024-04-26
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

rijtuig

rijtuig - zelfstandig naamwoord uitspraak: rij-tuig 1. wagen die door een of meer paarden getrokken wordt ♢ de gouden koets is het rijtuig van de koningin 2. een van de wagens van trein of tram ...

2024-04-26
Begrippenlijst Prorail

Prorail (2016)

Rijtuig

Een rijtuig is een spoorvoertuig zonder eigen tractie en bestemd om personen (incl. hun bagage) te vervoeren.

2024-04-26
Dromen encyclopedie

Fink (1998)

Rijtuig

Het symbool van paard en wagen brengt ons naar een oase van rust. Met andere woorden: Het rijtuig symboliseert de behoefte van de psyche naar harmonie en ontspanning.

2024-04-26
Art & Architecture Thesaurus

Getty Research Institute (1990)

rijtuig

rijtuig - Te gebruiken voor voertuigen met wielen die worden getrokken door paarden en vooral worden gebruikt om mensen op een comfortabele manier te vervoeren.

2024-04-26
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Rijtuig

s.n., rydtûch (it); paard en —, reau (it); paard envan boeren, boerereau (it).

2024-04-26
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

2024-04-26
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Rijtuig

o. (-en), middel van vervoer op wielen, inz. ingericht voor het vervoer van personen : rijtuig houden ; eigen rijtuig hebben, koets en paarden hebben ; een rijtuig met vier paarden.

2024-04-26
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

rijtuig

o. -en; (particulier) voertuig door paarden getrokken, voor personen: koets, vigilante, equipage; ook wel: voertuig, door stoom, electriciteit enz. bewogen: neem een rijtuig; een rijtuig met vier paarden.

Wil je toegang tot alle 17 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-26
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

rijtuig

('rij) o. (-en; -je) voertuig op wielen inz. voor personen : (paard en) houden ; een nemen; in een plaatsnemen; een open -; brik, coupé, dogkar, koets, landauer, viktoria, vigilante zijn soorten van -en; de -en van een trein; auto's en andere -en; het lamoen, de boom van een -; een dicht -, met kap; op eigen gaan, op zijn eigen ben...