Wat is de betekenis van Rif?

2025-07-16
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Rif

o., I. (-fen), (bijz. stijl) 1. dood lichaam: ’t bloedig rif (Tollens); 2. geraamte. II. (-fen), lange, smalle ondiepte in zee, gevormd door zand, klippen of koraal. III. (reven), (zeilv.) horizontale strook aan een zeil die kan worden ingenomen, waardoor het zeil bij sterke wind wordt verkleind ; reef: een rif steken ; &mdash...

2025-07-16
WhatsApp woordenboek

redactie Ensie (2023)

RIF

Reduction In Force

2025-07-16
Papiaments woordenboek

Papiaments woordenboek

rif

rif

2025-07-16
Art & Architecture Thesaurus

Getty Research Institute (1990)

rif

rif - Lange, smalle ondieptes in zee bestaande uit rotsen, koraal of zand waarvan de top op het laagwaterpeil ligt of net daarboven.

2025-07-16
Zuid-afrikaans woordenboek

H.J. Terblanche - M.A., D. Litt

rif

riwwe, klipbank; (rots)lys, rand; uitgestrekte rotsbank delfstowwe; lang, smal bank in see.

2025-07-16
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Rif

s.n., rif (it).

2025-07-16
De Kleine Winkler Prins

Winkler Prins (1949)

Rif

in de oceanografie: smalle, meest langgerekte bank van zand of schelpen, steen, rots, koraal in zee, vaak zó weinig uitstekend boven of liggend onder waterspiegel, dat zij een gevaar voor de scheepvaart vormt; ook kustgebergte in Spaans Marokko, 300 km lang, 52 km breed, tot 2500 m hoog.

2025-07-16
Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

RIF

noemt men een ondiepte in zee, die voor de scheepvaart gevaarlijk is. In tegenstelling tot een bank bestaat een rif uit vaste rots. Een der belangrijkste soorten wordt door de koraalriffen gevormd.

Wil je toegang tot alle 20 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2025-07-16
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

rif

I. o. riffen; klip; smalle ondiepte of bank uit harde grond (zand, rotskoraal) bestaande; koraalbank. II. o. reven; horizontale strook aan het zeil, die kan worden ingenomen en waardoor de oppervlakte van het doek in verticale richting wordt verkleind; ook: reef. III. o. riffen; geraamte, skelet.