Wat is de betekenis van Quota?

2024-04-28
Woordenboek vreemde woorden

A. Kolsteren en Ewoud Sanders (1994)

Quota

1 [v. Lat., quota pars = hoeveelste deel, van quotus = hoeveelste, van quot = hoeveel], ook: quote evenredig aandeel in lasten of kosten of in de winst; evenredig aandeel dat elk lidland van een landengemeenschap (bijv. de EG) in het gemeenschappelijk fonds moet storten; de voor elk land van een dergelijke...

2024-04-28
Vreemd Nederlands

Jan Meulendijks (1993)

Quota

(quote) evenredig aandeel; aandeel

2024-04-28
Woordenboek Engels (EN-NL)

Dr. F.P.H. van Wely (1951)

quota

I. (evenredig) deel, aandeel; contingent; kiesdeler; II. contingenteren.

2024-04-28
Woordenboek Italiaans (IT-NL)

A. Lankhout en J.E. Bas Backer (1951)

quota

aandeel; bijdrage; bedrag; hoogte.

2024-04-28
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

2024-04-28
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Quota

(<Lat. quota pars, hoeveelste deel), v. (-’s), evenredig aandeel dat ieder heeft bij te dragen of te ontvangen.

2024-04-28
Latijns-Nederlandsch Lexicon

Stephanus Axters (1937)

QUOTA

Deel. Quota disponibilis, Beschikbaar deel. Quota legitima, Wettelijk deel. Quota reservata, Voorbehouden deel, onbeschikbaar deel (RECHT).

2024-04-28
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

quota

v. quotas (Lat. quota [pars) = hoeveelste deel: evenredig aandeel); ook quote, quoten. (qu = kw.)

Wil je toegang tot alle 17 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-28
Vreemde woordenboek

S. van Praag (1937)

quota

(Lat), evenredig aandeel.