Wat is de betekenis van Pulpitum?

2024-04-19
Vreemd Nederlands

Jan Meulendijks (1993)

Pulpitum

lessenaar

2024-04-19
De vreemde woorden

Fokko Bos, Dr. O. Noordenbos (1955)

Pulpitum

klein schrijfbureau; lessenaar waarop een boek ligt.

2024-04-19
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Pulpitum

(Lat.), o., 1. (als naam van een antiek meubelstuk) zekere kleine soort van schrijfbureau met drie laden boven elkaar en daarboven een ruimte (waarin berging voor schrijfbehoeften en derg.) die kan worden afgesloten met een aan de onderkant scharnierend, in dichte toestand schuin oplopend, in open toestand als schrijfvlak dienend deksel, en waarvan...

2024-04-19
Woordenboek Nederlands -Latijn

Dr. J.F.L. Montijn (1949)

Pulpĭtum

i, n. stellage, katheder, tribune, toneel.

2024-04-19
Kramers woordentolk

Jacon Kramers Jz (1948)

pulpitum

(Lat.) o. lessenaar, spreekgestoelte, kansel.

2024-04-19
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

pulpitum

('pulpitum) o. (-s, ...ta) [Lat.] lessenaar.

2024-04-19
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

pulpitum

[Lat.], o. (-s, -ta), 1. antiek klein schrijfbureau met drie laden boven elkaar en daarboven een ruimte die kan worden afgesloten met een opengeslagen als schrijfvlak dienend deksel; 2. lessenaar waarop een boek zijn vaste (berg-)plaats heeft.

2024-04-19
De vreemde woorden

Fokko Bos (1914)

pulpitum

pulpitum - o., voorste gedeelte van het tooneel; preekstoel;lessenaar.

Wil je toegang tot alle 9 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-19
Vivat's Geïllustreerde Encyclopedie

J. Kramer (1908)

Pulpitum

lat., lezenaar, preekstoel, kansel.

Gerelateerde zoekopdrachten