portiek
portiek - zelfstandig naamwoord uitspraak: por-tiek 1. overdekte ruimte bij de voordeur ♢ we schuilden in een portiek voor de regen Zelfstandig naamwoord: por-tiek de of het portiek de portieken...
Muiswerk Educatief (2017)
portiek - zelfstandig naamwoord uitspraak: por-tiek 1. overdekte ruimte bij de voordeur ♢ we schuilden in een portiek voor de regen Zelfstandig naamwoord: por-tiek de of het portiek de portieken...
Wouter van Boesschoten, Wieneke van Breukelen, Ton Konings m.m.v Henriette Coppens, Eefje Lonis, Jos van Waterschoot & Simon Wienke (2002)
Getty Research Institute (1990)
portiek - In- of aangebouwde portalen, die aan de straatzijde geheel open zijn en leiden naar de deur van een huis.
Van Dale Uitgevers (1950)
(<Fr.), v. (-en), 1. open galerij of zuilengang, waarvan het dak op zuilen of arcaden rust, vóór of op zij van een gebouw; 2. ruimte voor een straatdeur die terugspringt of niet gelijk met de voorgevel is : in een portiek voor de regen schuilen.
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: