portie
...
Ontdek ons tijdschrift
en lees alles over taal uit Nederland en Vlaanderen*Zolang de voorraad strekt
Van Dale Uitgevers (1950)
(<Fr.-Lat.), v. (-s, ...tiën), 1. aandeel, toegekend part; de legitieme portie, het wettelijk erfdeel; 2. zoveel als iemand krijgt of neemt bij een maaltijd : hij lustte meer dan één portie; een portie vlees; grote, kleine portie groente; drie porties slagroom; — (fig.) iem. zijn portie geven, slagen geven, of streng ber...
Muiswerk Educatief (2017)
portie - zelfstandig naamwoord uitspraak: por-sie 1. hoeveelheid die je te doen of te eten krijgt ♢ we kregen een flinke portie groente op ons bord 1. hij heeft zijn portie wel gehad [heeft veel ve...
Ditte Simons en Hans Heestermans (2014)
1. voor mijn portie, voor mijn part: ‘Sterf kerel. Loop voor mijn portie dan maar leeg’. Ik wilde hem alleen maar zo vlug moelijk kwijt, vanwege het bloed, BOTING1 102;2. aan iemand portie hebben: een relatie met iemand hebben: ‘Eruit stinkhoer, hep je porsie an ’m’. ‘Wat sèl God nou geife, ’k hep he...
Marc de Coster (1998)
geef mijn - maar aan Fikkie daar moet ik niets van hebben, weten; ik heb er schoon genoeg van. Zie ook er zijn meer hondjes die Fikkie heten. Geef mijn portie maar an Fikkie. Daarvoor ben ik niet in de wieg gelegd, Toon. (Jan Mens: Er wacht een haven, 1950) Torenhoge winsten doemden even in zijn fantasie op, maar ach, de moeite, tijd, spullen, en...
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: