Wat is de betekenis van Poids?

2024-04-28
De vreemde woorden

Fokko Bos, Dr. O. Noordenbos (1955)

Poids

o., gewicht; zedelijk overwicht.

2024-04-28
Frans woordenboek (FR-NL)

Dr. F.P.H. Prick van Wely (1952)

Poids

gewicht, zwaarte, last; poids mort, dood gewicht; poids mouche, vlieggewicht; poids plume, vedergewicht; poids public, waag; poids et mesures, maten en gewichten; avoir deux poids et deux mesures, met twee maten meten; donner du poids à ses paroles, zijn woorden nadruk verlenen; faire le poids, het gewicht volmaken; faire bon poids, goed gew...

2024-04-28
Kramers woordentolk

Jacon Kramers Jz (1948)

poids

(Fr.) o. gewicht; zedelijk overwicht.

2024-04-28
Vreemde woordenboek

S. van Praag (1937)

poids

(Fr.), o. gewicht; zedelijk overwicht.

2024-04-28
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

poids

[Fr.], o., gewicht, overwicht: een man met —.

2024-04-28
De vreemde woorden

Fokko Bos (1914)

poids

poids - o., gewicht; zedelijk overwicht.