pingel
...
Grasduin in meer dan 507 woordenboeken en encyclopedieën. Krijg toegang tot maar liefst 2.316.291 begrippen, 37.599 spreekwoorden en 78.030 synoniemen.
Word nu vriend van Ensie!
Marc De Coster (2020-2025)
1) (1926) (voetb.) strafschop. Syn.: pennel*; pineut*. • Vijf-zesmaal ingezet belet opeenhooping voor doel succes. Als eindelijk Ban Lip het terrein heeft gezuiverd begint onmiddellijk een pingel-partij. (Het nieuws van den dag voor Nederlandsch-Indië, 04/10/1926) • Nederland is weer aanstonds in den aanval een hoekschop van Nederland l...
M. J. Koenen's (1937)
v. pingelen, pingels (Lat. nux pinea: kernen van de pijnappel, het eetbare zaad van pinus pinea en andere pijnboomsoorten; Z.-N. lang touw, een vinger dik).
Jozef Verschueren (1930)
('pingəl) v. (-en, -s) [Lat. (mix) pinea] pijnboomnoot, amandelachtige zoete noot van sommige pijnbomen.
J.H. van Dale (1898)
Pingel v. (-en), de zoete noot van eene in Zuid-Europa voorkomende soort van pijnboom (pinus pinea), die in smaak en grootte op een amandel gelijkt.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: