PI
Private Investigator
Word nu vriend van Ensie!
A. Kolsteren en Ewoud Sanders (1994)
[Gr. π; vgl. Hebr. peh = mond] (uitspr.: pie) 1 16e letter van het Cr. alfabet, overeenkomend met onze p; 2 (wisk.) verhoudingsgetal (π) tussen de omtrek van een cirkel en de middellijn: π is 3,141 592 ... tot in het oneindige.
Jan Meulendijks (1993)
onmeetbaar getal (ca. 3,14); Griekse letter; verhoudingsgetal tussen de omtrek en de middellijn van een cirkel (wisk.)
Jan Durdik en anderen (1970)
(Chin.). rituele schijf in jade. met een rond gat in het midden. Symbool van de hemel. De oudste exemplaren dateren uit de Shang-dynastie en zijn onversierd: latere exemplaren tonen een stippen-decoratie (ku wên).
Fokko Bos, Dr. O. Noordenbos (1955)
16de letter van het Griekse alfabet, drukt in de wiskunde de verhouding uit tussen middellijn en omtrek van de cirkel = 3,141 enz.
Van Dale Uitgevers (1950)
v., naam van de 16de letter van het Griekse alfabet, de letter π, in de wisk. gebruikt om de verhouding uit te drukken tussen de middellijn en de omtrek van een cirkel (Ludolfiaans getal).
Winkler Prins (1949)
afk. π, maatgetal van de omtrek van een cirkel waarvan de middellijn gelijk is aan de lengte-eenheid (omtrek van een cirkel = 2 π X de straal = π X de middellijn). Door alle eeuwen heen door tallozen berekend, door Shanks (1873) tot in 707 decimalen. Lambert bewees de irrationaliteit (onmeetbaarheid) van π (1761), Lindeman de transcende...
Jacon Kramers Jz (1948)
(Gr.) het getal = 3.1415926535 enz., de omtrek van een cirkel uitgedrukt in de op 1 gestelde middellijn; te onthouden aan het letteraantal der woorden i. d. zin; Hoe k zoek, t getal benaderen is immers altijd nog beter.
M. J. Koenen's (1937)
v. (naam van de Gr. letter p, π, als wetenschappelijk teken gebruikt: het onmeetbare getal, dat de verhouding uitdrukt tussen de middellijn en de omtrek v. d. cirkel): Archimedes vond 22/7; zie L u d o l p h i a a n s.
S. van Praag (1937)
(Gr.), het getal pi= 3.1415826….de omtrek van een cirkel, uitgedrukt in de op I gestelde middellijn.
Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)
(?) beginletter van het Gr. woord periphereia = omtrek, in de wiskunde gebruikelijk als afkorting voor de verhouding van den omtrek van een cirkel tot de lengte van de middellijn. Deze afkorting is definitief ingevoerd door Euler. In den regel neemt men voor ? de waarde 22 /7 of 3,14. Dijksterhuis.
Jozef Verschueren (1930)
v. ( -’s) 1. Eig. zestiende letter (𝜋) van het ➝ Griekse alfabet. 2. Metn. [beginletter van Gr. perifereia, omtrek] grootte ter waarde van 3,1416 dat de verhouding uitdrukt tussen de omtrek en de middellijn van een cirkel : wanneer de middellijn van een cirkel 1 is, is de omtrek - of 3,1416. Syn. Ludolfiaans getal.
Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)
v./m. (-’s), 1. naam van de 16e letter van het Griekse alfabet, de letter 𝜋; 2. (wiskunde) getal dat de verhouding uitdrukt tussen de middellijn en de omtrek van een cirkel; vroeger getal van Ludolf genoemd. Een analytische definitie van 𝜋 is: 𝜋 = 4 arctan ♱ %3 -51. Uit de reeksontwikkeling arctan x = x3∕3+ x5∕5 -x7/7+ ... volgt dan een s...
J. Kramer (1908)
naam der grieksche p; in de meetkunde beteekent deze letter (verkorting van Peripherie): Ludolfiaansch getal.
J.H. van Dale (1898)
Pi v. het getal pi, dat aanduidt hoe groot de omtrek van den cirkel is, wanneer de middellijn gelijk aan 1 gesteld wordt.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: