Wat is de betekenis van peperkoek?

2024-04-29
Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

peperkoek

zoete, gekruide koek. zoete, gekruide koek van roggemeel, suiker, glucosestroop, fructosestroop, kandij en rijsmiddelen; ontbijtkoek. Voorbeelden: Peperkoek. Deze koek uit meel en honig is waarschijnlijk de oudste lekkernij uit de geschiedenis. In de 16de eeuw voegden de banketbakkers er peper en gember aan toe om de iets flauwe smaa...

2024-04-29
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

peperkoek

peperkoek - zelfstandig naamwoord uitspraak: pe-per-koek 1. zoete koek die met peper en speculaaskruiden is gekruid ♢ we kregen koffie met peperkoek Zelfstandig naamwoord: pe-per-koek de peperkoek ...

2024-04-29
Typisch Vlaams woordenboek

Ludo Permentier en Rik Schutz (2015)

peperkoek

ontbijtkoek Langsheen vele interessante weetjes en fiatdivers toont Catherine aan hoeveel Europa te danken heeft aan de Arabische cultuur: windmolens, hospitalen en chirurgie, heraldiek, schaken, sexy mode, universiteiten, peperkoek en rijstpap, cijfers en algebra, cheques en wissels, tulpen en jasmijnen, koffie en sorbets en nog zoveel...

2024-04-29
Vlaams-Nederlands woordenboek

Peter Bakema (2003)

peperkoek

(de, -en) ontbijtkoek, snijkoek. Onderweg krijgt ook de innerlijke mens geregeld versterking: de organisatoren stoppen de wandelaars peperkoek, karnemelk, limonade, appelen en bier toe. - LN, 27-07-2002.

2024-04-29
Zuidnederlands Woordenboek

Walter De Clerck (1981)

peperkoek

Soort van met honing zoet gemaakte koek: ontbijtkoek, ook honingkoek of snijkoek genoemd. Ik zal voor u boterhammen en spek en kaas snijden en als ge braaf zijt, krijgt ge een dikke schijf peperkoek, BLOMMAERT 1945, 8. Ze maakt een tas melk gereed en een boterhammetje met een sneetje peperkoek, WACHTERS 1946, 95. De koffie dampte en Madame Em&eac...

2024-04-29
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

2024-04-29
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Peperkoek

m. (-en), en v. (als stofn.) 1. soort van met peper gekruide zoete koek; — (zegsw.) dat smaakt, als peperkoek, is bijzonder lekker; 2. (Zuidn.) ontbijtkoek.

2024-04-29
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

peperkoek

(soort van koek uit meel met honig, suiker, stroop, gestoten peper gebakken; Z.-N. ontbijtkoek; dikwijls ook van anders toebereide koeken: kruidkoek) 1 (voorwerpsn.), m. peperkoeken; 2 (stofn.), v.

Wil je toegang tot alle 13 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-29
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

peperkoek

('pe:pər) m. (-en) koek uit roggemeel en honig of stroop gebakken : oorspronkelijk werd in de -gestoten peper gedaan; dat smaakt als -, zeer lekker.