Wat is de betekenis van parttimer?

2024-04-26
Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

parttimer

iemand met een parttimebaan. iemand die parttime, in deeltijd werkt; iemand die een parttimebaan heeft; deeltijdwerker. Voorbeelden: Wanneer de parttimer in plaats van 40 uur, 20 uur per week gaat werken, bedraagt het salaris in veruit de meeste gevallen 20/36ste van het oude salaris. http://www.villamedia.nl/nvj/nieuws/index.htm...

2024-04-26
Op-en-top Nederlands

Frens Bakker, Els Ruijsendaal, Paul Uljé, Dick van Zijderveld (2022)

parttimer

(zelfstandig naamwoord) [alg.] deeltijdwerker, deeltijder, werker in deeltijd - Heel veel huisartsen zijn deeltijdwerkers. Daardoor is er ondanks het grote aantal huisartsen toch een gebruik aan huisdokters.

2024-04-26
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

parttimer

parttimer - zelfstandig naamwoord uitspraak: part-tai-mer 1. iemand die in deeltijd werkt ♢ we hebben in dit bedrijf veel parttimers Zelfstandig naamwoord: part-tai-mer de parttimer de p...

2024-04-26
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

2024-04-26
Prisma Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)