Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

Gepubliceerd op 30-05-2017

parttimer

betekenis & definitie

iemand met een parttimebaan.

iemand die parttime, in deeltijd werkt; iemand die een parttimebaan heeft; deeltijdwerker.

Voorbeelden:
Wanneer de parttimer in plaats van 40 uur, 20 uur per week gaat werken, bedraagt het salaris in veruit de meeste gevallen 20/36ste van het oude salaris.
http://www.villamedia.nl/nvj/nieuws/index.htm

De parttimers zijn voor het overgrote deel vrouwen (en jongeren).
http://www.vrouwenloonwijzer.nl/

Het vele werken in deeltijd brengt bovendien een zekere onrust in de school. Kinderen hebben gedurende de week vaak les van meerdere leerkrachten. Ook organisatorisch levert het problemen op; het bemoeilijkt het overleg en kan teamvorming in de weg staan, doordat parttimers niet allemaal tegelijk aanwezig zijn.
http://www.gymnasiumnu.nl/, 1999

Van Beek: "We willen in Groningen graag parttimers inhuren die alleen in de ochtend- of avondspits rijden."
NRC, 1995