Wat is de betekenis van papil?

2024-04-28
Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

papil

Het begrip papil heeft 3 verschillende betekenissen: 1) verhevenheid op het slijmvlies. kleine, zachte, veelal kegelvormige verhevenheid die in grote groepen op het slijmvlies van bepaalde organen van het menselijk en dierlijk lichaam voorkomt, vooral ter aanduiding van die op de tong (smaakpapil). Ook gebruikt als verkorting van smaakpap...

2024-04-28
Woordenboek vreemde woorden

A. Kolsteren en Ewoud Sanders (1994)

Papil

[Lat. papilla = tepel] (anat.) tepelvormige kleine ronde verhevenheid, zoals o.a. de smaakpapillen op het tongslijmvlies.

2024-04-28
Vreemd Nederlands

Jan Meulendijks (1993)

Papil

tepelvormige verhevenheid

2024-04-28
Zuid-afrikaans woordenboek

H.J. Terblanche - M.A., D. Litt

papil

klein, tepelagtige uitgroeisel (op tong of huid).

2024-04-28
Agrarisch Encyclopedie

Veerman (1954)

Papil

1. plantk. De p. behoren tot de trichoinen, d.w.z. het zijn uitstulpingen van de buitenwand van epidermiscellen; van haren onderscheiden zij zich door hun vorm: vrij kort en m.o.rn. kegelvormig. Er zijn velerlei p., met verschillende functies: De fluweelglans van sommige plantenoppervlakken wordt er door veroorzaakt, b.v. bij bloemkroonbladeren en...

2024-04-28
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Papil

(<Fr.<Lat.), v. (-len), 1. tepelvormige verhevenheid, inz. op het slijmvlies der tong: de omwalde, de paddenstoelvormige en de draadvormige papillen. 2. (plantk.) kleine kegelvormige verhevenheid der opperhuid van fluweelachtige bloembladeren.

2024-04-28
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

papil

papillen (verhevenheden op het slijmvlies aan de bovenzijde der tong).

2024-04-28
Encyclopedie voor Iedereen

John Kooy (1933)

Papil

tepelvormige verhevenheid, zooals de smaakpapillen o/d tong.

Wil je toegang tot alle 13 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-28
Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Papil

→ Papilla.