Wat is de betekenis van opnaaien?

2024-04-29
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2024)

opnaaien

1) (1967) (inf.) op stang jagen; ergeren; kwaad maken; treiteren. • ... dat is dat lekkere schorum, dat schuim van de natie dat zich door de telegraaf laat opnaaien.... (Hitweek, 14/04/1967) • Een van de jongens die ik op dat gebied zèér bewonder, maar in andere dingen weer niet, oké, dat was Freddy Haayen. Die is no...

2024-04-29
Jargon & Slang van Soldaten

Marc De Coster (2017)

Opnaaien

Opnaaien - opjutten, bang maken, kwaad maken. Laatje toch niet opnaaien!

2024-04-29
Lexicon voor de kunstvakken

Wouter van Boesschoten, Wieneke van Breukelen, Ton Konings m.m.v Henriette Coppens, Eefje Lonis, Jos van Waterschoot & Simon Wienke (2002)

opnaaien

Opnaaien is het d.m.v. naald en draad bijv. lapjes, kralen, pailletten of draden op een ondergrond van textiel bevestigen.

2024-04-29
Woordenboek van Neologismen

Marc de Coster (1999)

opnaaien

opnaaien - slang voor ‘kwaad maken; treiteren, pesten’. We lopen elkaar continu op te naaien. Nieuwe Revu, 06-10-88 ... als je je maar niet laat opnaaien. René Appel: Tegenliggers, 1995 We moeten deze ellende met Frankrijk maar een beetje uitzitten, ons niet laten opnaaien. HP/De Tijd, 20-12-96 Rodman was zichzelf, liep goed te spelen en behoorl...

2024-04-29
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Opnaaien

(naaide op, heeft opgenaaid), 1. omhoog naaien, door een opnaaisel korter maken: die rok is opgenaaid; 2. al naaiende verbruiken : al het garen is opgenaaid; 3. op iets vastnaaien: dit belegsel is opgenaaid.

2024-04-29
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

opnaaien

(naaide op, heeft opgenaaid), op iets vastnaaien: dit belegsel is opgenaaid; (plat) op stang jagen: iemand opnaaien.

2024-04-29
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

2024-04-29
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Opnaaien

Opnaaien (naaide op, heeft opgenaaid), iets ergens op vastnaaien : dit belegsel is opgenaaid; — een rok opnaaien, omhoognaaien, door een opnaaisel korter maken, — al naaiende verbruiken : al het garen is opgenaaid; — voortmaken met naaien : naai wat op, de jurk moet van avond klaar zijn. OPNAAIING, v.

Wil je toegang tot alle 9 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-29
Prisma Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)