Wat is de betekenis van opdrijven?

Het begrip opdrijven heeft 4 verschillende betekenissen: 1) vergroten. groter doen worden; doen vermeerderen; doen toenemen; vergroten. 2) tot verplaatsing dwingen. onder dwang of althans met krachtige middelen snel, ijlings ergens naartoe of ergens vandaan doen gaan; tot verplaatsing dwingen. 3) zich ontwikkelen. in een bepa...

De tegenpartij door tussenbieden dwingen of verleiden een (te) hoog contract te bieden. Gesproken wordt ook wel van ‘het opdrijven van het bieden’. Zie ook: liften

v., opdriuwe, -jeije.

(dreef op, heeft en is opgedreven), 1. (overg.) naar boven drijven: de stoflaag die door de hoeven der muildieren was opgedreven; — (scheik.) de vluchtige delen van een zelfstandigheid door de werking der warmte doen opwaarts stijgen, zodat zij zich aan de wanden van het vat, waarin zij besloten zijn, hechten; sublimeren; 2. (van goud...

dreef op, h. opgedreven ([op onnatuurlijke wijze] doen stijgen); de prijzen opdrijven; de eisen der examens opdrijven, opvoeren.

('ob) (dreef op, heeft opgedreven) 1. in de hoogte drijven: het water wordt in een stoomwerktuig opgedreven. 2. tot een ongewone hoogte opvoeren: de prijzen van levensmiddelen, de eisen voor een eksamen -.

(dreef op, heeft en is opgedreven), 1. naar boven drijven: de stoflaag die door de auto’s werd opgedreven; 2. (van goud en zilver) door slaan met een hamer of drijfijzer hoger maken; 3. op een overdreven of onnatuurlijke wijze laten stijgen: de prijzen opdrijven; 4. opschrikken en op de vlucht drijven: de haas uit zijn leger opgedreven; 5...

Opdrijven - den koopprijs doen stijgen, hooger doen worden, opjagen.

...