ontvang
ontvang - Werkwoord 1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van ontvangen ♢ Ik ontvang 2. gebiedende wijs van ontvangen ♢ ontvang! 3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van ontvangen ♢ ontvang je?...
Wiktionary (2019)
ontvang - Werkwoord 1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van ontvangen ♢ Ik ontvang 2. gebiedende wijs van ontvangen ♢ ontvang! 3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van ontvangen ♢ ontvang je?...
Van Dale Uitgevers (1950)
m., 1. (veroud.) het ontvangen; ontvangst: bewijs van ontvang; iets in ontvang nemen. 2. (Zuidn.) geld dat men ontvangt.
I.M. Calisch (1864)
Ontvang, (B. ...FANG), m. het ontvangen; kantoor van -, bewijs van -. *-BAAR, bn. (-der, -st), te ontvangen, te innen. *-BANK, v. (-en), (scheik.) zeker toestel. *-EN, bw. ong. krijgen (in zijn bezit, in zijne magt); innen (geld); onthalen; † trakteren; personen bij zich toelaten. -, bw. en ow. zwanger worden. *-ENIS, v. het zwanger raken...
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: