Wat is de betekenis van ontloop?

2025-07-16
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

ontloop

ontloop - Werkwoord 1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van ontlopen ♢ Ik ontloop 2. gebiedende wijs van ontlopen ontloop! 3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van ontlopen ontloop je?

2025-07-16
Zuid-afrikaans woordenboek

H.J. Terblanche - M.A., D. Litt

ontloop

wegkom; vermy.