Wat is de betekenis van onderricht?

2024-04-29
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

onderricht

onderricht - Zelfstandignaamwoord 1. (onderwijs) de voorziening van opleidingen of lessen onderricht - Werkwoord 1. enkelvoud tegenwoordige tijd van onderrichten 2. gebiedenwijs van onderrichten 3. voltooid deelwoord van onderrichten Synoniemen onderwijs Verwante begrippen les, opleiding, voorlichting, l...

2024-04-29
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

onderricht

onderricht - zelfstandig naamwoord uitspraak: on-der-richt 1. het anderen kennis bijbrengen, lesgeven ♢ de soldaten krijgen onderricht in het gebruik van wapens Zelfstandig naamwoord: on-der-richt het onderricht...

2024-04-29
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Onderricht

s.n., ûnderrjocht (it), ûnderwiis (it).

2024-04-29
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

2024-04-29
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Onderricht

o., 1. het onderrichten, onderwijs: onderricht geven, krijgen, ontvangen, genieten ; onderricht in het Latijn, in het schermen, in het tekenen enz. ; degelijk, onvoldoend onderricht; 2. (w. g.) bericht inlichting.

2024-04-29
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

onderricht

o. (onderwijs: de kennis, welke men iem. meedeelt, om hem voor enig vak of bedrijf bekwaam te maken, ook verbonden met practische oefening): onderricht in het timmeren.

2024-04-29
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

onderricht

('ondər) o. onderwijs in een vak of bedrijf: geven, ontvangen in het metselen.

2024-04-29
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

onderricht

o., het onderrichten, onderwijs: – geven, krijgen, ontvangen, genieten.

Wil je toegang tot alle 11 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-29
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)