Wat is de betekenis van onderrichten?

...

onderrichten - Werkwoord 1. (ov) onderwijzen ♢ De leerlingen worden momenteel onderricht door een stagiaire. Woordherkomst samenstelling van onder(bijwoord) en richten(werkwoord)

v., ûnderrjochtsje, ûnderwize.

...

(onderrichtte, heeft onderricht), 1. iem. leren wat hij nodig heeft te weten, onderwijzen: iem. onderrichten in het lezen, in het schrijven, in het rekenen, in het schermen; 2. inlichten, voorlichten, kennis verschaffen: ik zal u hieromtrent ten volle onderrichten ; hij zal spoedig genoeg van alles onderricht zijn; zich laten onderrichten.

onderrichtte, h. onderricht (1 leren, wat iem. nodig heeft; nodige kennis bijbrengen; onderwijzen; 2 voorlichten): 1 iem. onderrichten in het smeden; 2 ik zal u op tijd van alles onderrichten, mededeling doen.

(‘richtən) (onderrichtte, heeft onderricht) 1. onderricht geven : een knaap in het tekenen; jongelui- in het schermen. Syn. → leren. 2. inlichten : wel, goed, beter, genoeg, kwalijk, slecht onderricht zijn van, omtrent, over iets ; zich laten -; van de gehele zaak grondig onderlicht worden.

(onderrichtte, heeft onderricht), 1. iemand leren wat hij nodig heeft te weten, onderwijzen: iemand – in het lezen; 2. inlichten, voorlichten, kennis verschaffen: hij zal spoedig genoeg van alles onderricht zijn; zich laten –.

...