Wat is de betekenis van Omweg?

2024-04-26
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

omweg

omweg - Zelfstandignaamwoord 1. de weg die langer is dan de gewone of kortste verbinding tussen twee plaatsen Omdat de weg ten gevolge van een ongeluk was afgesloten, moest men een omweg maken om op de plaats van bestemming te komen. 2. nodeloze omhaal van woorden ...

2024-04-26
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

omweg

omweg - zelfstandig naamwoord uitspraak: om-weg 1. weg die langer is dan de gewone weg ♢ we gaan niet rechtstreeks naar Heerlen, maar met een omweg 1. zonder omwegen iets vertellen [meteen]...

2024-04-26
Dromen encyclopedie

Fink (1998)

Omweg

De omweg is het afwijken van de levensweg, hetgeen ons tijd zal kosten - levenstijd! Degene die in een droom een omweg maakt, zou - volgens de mening van de oude Egyptenaren - op moeten passen voor slechte raadgevers. (Zie ook ‘Straat’, ‘Weggetje’).

2024-04-26
Lexicon van de Psychologie

N. Sillamy (1965)

OMWEG

middel om een obstakel te ontgaan en zijn → doel te bereiken. Dit middel vereist → intelligentie. Een kip stoot zich aan een rooster - dat haar verhindert bij voedsel te komen -, maar een kat of een hond loopt er omheen. Deze dieren hebben een hogere intelligentie dan een kip, maar een lagere dan een chimpansee, die in staat is een houten...

2024-04-26
Zuid-afrikaans woordenboek

H.J. Terblanche - M.A., D. Litt

omweg

sien ompad.

2024-04-26
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Omweg

s., omwei, ompaed (it), ombocht; lange reis langs een, omjacht, omgisel; langs een grotereizen, in ommelânske reis meitsje, de hiele felekant feeljekant omreizgje; zonder -en, planút, rjochtút, rounût.

2024-04-26
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

2024-04-26
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Omweg

m. (-en), 1. weg die langer is dan de gewone of rechte verbinding tussen twee plaatsen: een omweg nemen, maken; reizen over een omweg; — fig.: zonder omwegen op zijn doel afgaan, rechtstreeks; 2. (fig.) nodeloze omhaal van woorden: iets zonder omwegen zeggen, mededelen, verklaren; iets zonder veel omwegen vragen,...

Wil je toegang tot alle 14 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-26
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

omweg

m. omwegen (weg, die om d.i. langer is dan de gewone weg): een omweg nemen, makan; fig. iets zonder omwegen vragen, d.i. recht op het doel af, rechtstreeks; langs een langs omwegen zijn doel bereiken.