Wat is de betekenis van ompraten?

ompraten - Werkwoord 1. (ov) door praten van gevoelens doen veranderen Woordherkomst samenstelling van om(bijwoord) en praten(werkwoord) Synoniemen bepraten, overhalen

ompraten - regelmatig werkwoord uitspraak: om-pra-ten 1. door praten van mening laten veranderen ♢ Ernst wilde eerst niet mee, maar ik heb hem omgepraat Regelmatig werkwoord: om-pra-ten ik praat om (... ik ompraat...

v., omprate, biprate, bilêze.

...

(praatte om, heeft omgepraat), 1. (w. g.) in iets ompraten, in ’t wilde over iets praten, er over zeggen wat voor de mond komt: je praat er maar wat in om, zonder er iets van te weten; 2. pratend rondvertellen: ’t is geen geheim meer, hij heeft het al bij iedereen omgepraat; 3. door praten van gevoelen of van partij...

praatte om, h. omgepraat: men heeft hem zien om te praten, met mooie praatjes van inzicht doen veranderen.

('om) (praatte om, heeft omgepraat) 1. pratend rondvertellen: hij heeft het al bij iedereen omgepraat. 2. met mooie praatjes, van gevoelen of partij doen veranderen: men heeft hem zien om te praten. Syn. bepraten.

(praatte om, heeft omgepraat), I. (onoverg.) in iets —, in het wilde over iets praten, erover zeggen wat voor de mond komt; II. (overg.) 1. pratend rondvertellen: het is geen geheim meer, hij heeft het al bij iedereen omgepraat; 2. door praten van mening of partij doen veranderen: men heeft hem weten om te praten.

...