Wat is de betekenis van Noordpool?

2024-04-26
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

Noordpool

Noordpool - Eigennaam 1. (aardrijkskunde) het gebied tussen 66,5 en 90 graden noorderbreedte, noordpoolgebied De Noordpool is een met ijs bedekte zee. Woordherkomst samenstelling van noord en pool Synoniemen Arctica Antoniemen Antarctica, Zuidpool Verwante begr...

2024-04-26
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

Noordpool

Noordpool - zelfstandig naamwoord uitspraak: noord-pool 1. gebied dat helemaal aan de noordkant van de aarde ligt ♢ wetenschappers hebben onderzoekingen gedaan op de Noordpool Zelfstandig naamwoord: noord-pool de Noo...

2024-04-26
Prisma van het weer

Peter Timofeeff (1993)

Noordpool

Naast de geografische noordpool kennen we de magnetische polen. Dit zijn de plaatsen waar de magnetische krachten loodrecht op het aardoppervlak zijn gericht. De magnetische noordpool (die natuurkundig gezien een zuidpool is) heeft als coördinaten 75° NB en 101° WL. De kompasnaald wijst naar het magnetische noorden. Doordat het magnetische en het g...

2024-04-26
Zuid-afrikaans woordenboek

H.J. Terblanche - M.A., D. Litt

Noordpool

noordelike eindpunt v/d aardas; land by Noordpool.

2024-04-26
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Noordpool

s., Noardpoal.

2024-04-26
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

2024-04-26
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Noordpool

[accent wisselt], v., 1. noordelijk eindpunt v. d. aardas; 2. land bij de Noordpool; 3. plaats waar het zeer koud is : het is daar een noordpool; 4. punt der magneetnaald die naar het Noorden wijst; 5. Noordpool der ecliptica, punt van de hemel, dat geen lengte maar een breedte van 90 graden heeft.

2024-04-26
De Kleine Winkler Prins

Winkler Prins (1949)

Noordpool

een der denkbeeldige uiteinden van de draaiingsas der aarde; z Polen.

Wil je toegang tot alle 20 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-26
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

noordpool

v. (noordelijk uiteinde van de aardas, noordelijk aspunt, ook van de hemelas).