Wat is de betekenis van nimmer?

2024-04-26
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

nimmer

nimmer - Bijwoord 1. op geen enkel moment Dat is nimmer het geval. Synoniemen nooit Antoniemen immer

2024-04-26
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

nimmer

nimmer - bijwoord uitspraak: nim-mer 1. op geen enkel tijdstip ♢ hij heeft me nimmer gewaarschuwd Bijwoord: nim-mer Synoniemen nooit Tegenstellingen aanhoudend, aldoor, almaar, alsmaar, altijd, constant, onveranderlijk, ste...

2024-04-26
Ambtelijk taalgebruik

Wouter de Koning (1976)

nimmer

nooit .

2024-04-26
Zuid-afrikaans woordenboek

H.J. Terblanche - M.A., D. Litt

nimmer

nooit nie.

2024-04-26
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Nimmer

adv., nea (net), to ninter tiid; nooit ofte —, nea noch nimmer.

2024-04-26
Duits woordenboek (DU-NL)

Dr. H. W. J. Kroes (1951)

Nimmer

nimmer, nooit.

2024-04-26
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

2024-04-26
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Nimmer

bw., nooit, meestal gebruikt met het oog op de toekomst: dat zal u nimmer gebeuren ; nooit ofte nimmer; — ook wel met betr. tot het verleden: nog nimmer was de toekomst zo duister.

Wil je toegang tot alle 16 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-26
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

nimmer

bw. (d.i. nie-meer, of nooit-meer: te gener tijd); nimmermeer, bw. (nooit meer).