Wat is de betekenis van NAHUM?

Hebreeuws 'troostend, troostrijk'. Naam van een der zogenaamde kleine profeten van het Oude Testament. Na de Hervorming werd de naam soms in Engeland gebruikt.

Nahum - Eigennaam 1. vierendertigste boek van de Bijbel

m Hebr. ‘troostend, troostrijk'. Naam van een der zgn. kleine profeten van het O.T. Na de Hervorming werd de naam soms in Eng. gebruikt.

(Hebr., de troostrijke) is de 7de van de 12 kleine profeten, uit Elkosj afkomstig, waarvan de ligging onbekend is. Zijn profetie behelst een „godsspraak over Ninive” (1 : 1), waaraan een „gezicht” in de vorm van dreiging en troost voorafgaat. In de godsspraak worden op dichterlijke en aanschouwelijke wijze aan de hoofdstad v...

een der kleine profeten (12de boek der profeten), tijdgenoot van Jeremia (Kalium 1:1).

(Hebr., „troostrijk”), een der kleine profeten. Profeteerde tegen het einde der 7e eeuw v.C. Beschrijft met hartstochtelijke bewogenheid de ondergang van Ninevé (612 v.C.).

„Trooster”, is een der twaalf zgn. kleine profeten; hij was uit Elkosj (waarschijnlijk in het gebied van Juda) afkomstig, leefde in de 7de eeuw v. Chr. en verkondigde de aanstaande verwoesting van de Assyrische hoofdstad Ninevé (612 v. Chr.), terwijl hij voor Juda het heil en de overwinning verwachtte. Hij zinspeelt op koning San...

i/h Oude Test. een der kleine → Profeten.

Een der kleine profeten uit het Oude Testament. Hij was afkomstig uit → Elkosj. Het boek Nahum, een profetisch boek van het Oude-Test., opgenomen in de lijst der kleine profeten. De inhoud wijst op Gods rechtvaardigheid tegen de zondaren en Zijn barmhartigheid voor degenen, die op Hem vertrouwen. Hij voorspelt het herstel van Juda en de verwoe...