naäpen
naäpen - Werkwoord 1. verouderde spelling of vorm van na-apen van vóór 1996
Van Dale Uitgevers (1950)
(aapte na, heeft nageaapt), op een belachelijke manier iem. of iets nabootsen, nadoen, inz. met het bijdenkbeeld dat de persoon daardoor weinig zelfstandigheid toont: zij aapt alle modes na.
M. J. Koenen's (1937)
aapte na, h. nageaapt (op een belachelijke manier [als een aap] iets nadoen, navolgen, nabootsen): de modes naäpen, de grote lui naäpen.
Jozef Verschueren (1930)
('na:) (aapte na, heeft nageaapt) op een belachelijke manier nadoen: de high life -. Syn. nabootsen, nadoen, navolgen.
Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)
(aapte na, heeft nageaapt), op een belachelijke manier (iemand of iets) nabootsen, nadoen; m. n. met het bijdenkbeeld dat de persoon daardoor weinig zelfstandigheid toont: zij aapt alles van haar vriendinnen na.
J.H. van Dale (1898)
Naäpen (aapte na, heeft nageäapt), op eene belachelijke manier iem. of iets nabootsen, nadoen, inz. met het bijdenkbeeld dat de persoon daardoor weinig zelfstandigheid toont: zij aapt alle modes na.
I.M. Calisch (1864)
Naäpen,1) bw. gel. (ik aapte na, heb nageaapt), nabootsen, nadoen, namaken. *...APER, m. (-s). *...AAPSTER, v. (-s). *...APING, v. (-en). 1) Om ruimte te winnen, is bij vele der met het scheidbare voorzetsel NA zamengestelde werkwoorden de beteekenis niet opgegeven, waar zij niet anders kan zijn dan dat de verrigting, door het werkwoord aan...
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: