Wat is de betekenis van Mortaliteit?

2024-04-28
Op-en-top Nederlands

Frens Bakker, Els Ruijsendaal, Paul Uljé, Dick van Zijderveld (2022)

mortaliteit

(zelfstandig naamwoord) [alg.] zie: uit Frans ontleend, geen Engels

2024-04-28
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

mortaliteit

mortaliteit - Zelfstandignaamwoord 1. (medisch) sterftecijfer Woordherkomst afgeleid van het Franse mortalité (met het achtervoegsel -iteit)

2024-04-28
Verpleegkundig woordenboek

Anneke van Schie (2000)

Mortaliteit

Geeft het aantal sterfgevallen over een bepaalde periode aan, betrokken op de risicopopulatie.

2024-04-28
Woordenboek vreemde woorden

A. Kolsteren en Ewoud Sanders (1994)

Mortaliteit

[Lat. mortalitas = sterfelijkheid, van mortalis = sterfelijk, van mors, z.a.] sterfte(cijfer).

2024-04-28
Vreemd Nederlands

Jan Meulendijks (1993)

Mortaliteit

sterftecijfer; sterfelijkheid

2024-04-28
Biologische encyclopedie

G. Th. van Kempen (1974)

mortaliteit

sterftecijfer, aantal individuen in een populatie (in verhouding tot het totaal), dat in een bepaalde tijd sterft. Bij hogere organismen vooral afhankelijk van de leeftijd (vooral in jeugd).

2024-04-28
Zuid-afrikaans woordenboek

H.J. Terblanche - M.A., D. Litt

mortaliteit

sterfte; sterftesyfer.

2024-04-28
De vreemde woorden

Fokko Bos, Dr. O. Noordenbos (1955)

Mortaliteit

sterfelijkheid; sterftecijfer.

Wil je toegang tot alle 20 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-28
Eerste Medisch Systematische Ingerichte Encyclopedie

Uitgeversmaatschappij A. Manteau N.V. (1954)

Mortaliteit

sterfte(cijfer), het totaal aantal sterfgevallen vergeleken met de gehele bevolkingsgrootte (meestal becijferd per 1000 inwoners). Vgl. letaliteit, morbiditeit, nataliteit.