minderen
...
Van Dale Uitgevers (1950)
(minderde, heeft en is geminderd), 1. minder, kleiner worden, afnemen: de koude is heel wat geminderd ; de pijn mindert; de zieke mindert, gaat achteruit; 2. minder, geringer maken: een kous minderen, bij het breien het aantal steken minder maken; zeil minderen, door het wegnemen of reven van sommige zeilen ; — (f...
Wiktionary (2019)
minderen - Zelfstandignaamwoord 1. meervoud van het zelfstandig naamwoord mindere
Muiswerk Educatief (2017)
minderen - regelmatig werkwoord uitspraak: min-de-ren 1. minder of kleiner worden ♢de pijn begint al iets te minderen 1. vaart minderen [langzaam gaan rijden] 2. minde...
Wouter van Boesschoten, Wieneke van Breukelen, Ton Konings m.m.v Henriette Coppens, Eefje Lonis, Jos van Waterschoot & Simon Wienke (2002)
Minderen is het smaller maken van het werkstuk bij breien of haken; d.m.v. deze techniek kunnen ook gaatjes in het breiwerk worden gemaakt; m.o. enkele mindering en dubbele mindering.
Fa. A.J. Osinga (1952)
v., minderje, minneresearje; vaart —, ynhâlde; (in hevigheid —), saksearje, sakje; de pijn, regen mindert, de pine, it reinen lichtet hwat; (bij het breien), minderje, nearje.
M. J. Koenen's (1937)
minderde, is (1), heeft (2) geminderd; 1. afnemen, kleiner worden: de voorraad gaat minderen; 2. kleiner, geringer enz. maken; in beide bet. dikwijls verminderen; zeilen minderen, door het wegnemen of reven van sommige zeilen.
Jozef Verschueren (1930)
('minddrən) (minderde,heeft geminderd) I. (heeft) 1. Algm. minder, kleiner maken : zeil -. 2. Inz. bij het breien het aantal steken verminderen : een kous -. Tgst. meerderen. II. (is) minder, kleiner worden, afnemen : ons bier is mooi aan ’t -.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: