Wat is de betekenis van Meidoorn?

meidoorn - Zelfstandignaamwoord 1. de plant van het geslacht crataegus of zijn bloesems, ook haagdoorn of steendoorn genoemd ♢ De meidoorn wordt vaak in hagen gebruikt.

(Crataégus monógyna; volksnamen: doorn, stokdoorn). Deze eenstijlige meidoorn is een forse houtachtige struik behorend tot de familie der roosachtigen. Met ca. 1-2 cm lange houtige stekels, eironde ingesneden bladeren, witte of rosé (cultuurvorm) bloeiwijzen en rode besvruchten. De meidoorn is van nature in Zeeland een v...

(Crataegus oxyacantha): bloesem en vruchten. Hartversterkend, verwijdt de kransvaten, verlaagt de bloeddruk. Vermengd in thee, beter in gestandaardiseerde preparaten.

(Fr.: hagedoarn). Boom. Eenstijlige M. vooral in het oosten, maar ook in kleibermen. Tweestijlige M. minder algemeen, nogal eens verwilderd bij boomkwekerijen, zie Hagedoamwinter.

Gedoomd houtig gewas in vele vormen als sierplant gebruikt (z. Crataegus).

s., hagedoarn, hagebeam, smoarbeibeam; tweestijlige —, glêdde hagedoarn; vruchten van de —, hage-, smoar- moalbeijen; bloesem van de—, hageblom.

...

m. (-s), plantengeslacht van de familie der appelachtigen (Crataegus), heesterachtige bomen met gedoomde takken en welriekende bloemen in beschermen.

(Crataegus), boom of heester uit de Appelfam.* Wild in bossen, hagen en duinen. Bloempjes wit. Bezoekers: bijen, wespen, vliegen. Gekweekt met rose-rode bloemen. Vruchtjes (rood) soms eetbaar.