Wat is de betekenis van Markthallen?

2025-07-15
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

markthallen

markthallen - Zelfstandignaamwoord 1. meervoud van het zelfstandig naamwoord markthal

2025-07-15
Historische collectie Nederland

Rijksdienst voor het cultureel erfgoed (2019)

markthallen

Koop- of markthal waar allerlei goederen verhandeld, gemeten, gewogen, gekeurd en opgeslagen werden. Grote steden bezaten hun laken, saai-, wol-, zijde-, koren-, vlees- en wijnhallen. Op de verdieping bevonden zich schepen- en gildezalen (hallen van Ieper en Brugge, ‘Seidenhof’ van Zürich).

2025-07-15
XYZ van Amsterdam

J. Kruizinga, Gerrit Vermeer (2002)

Markthallen

Markthallen - Zie: Centrale Markt

2025-07-15
Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Markthallen

Overdekte markten, waar uitsluitend of voornamelijk levensmiddelen worden verhandeld. In den regel worden ze opgericht en beheerd door de (gemeentelijke) overheid. Sommige m. zijn bestemd voor den groothandel, andere voor den kleinhandel, weer andere voor beide. Vele m. zijn ontstaan uit week- of dagmarkten.Ofschoon reeds in vroegere eeuwen voorbee...

Gerelateerde zoekopdrachten