Wat is de betekenis van Mannètjesboon?

2025-07-15
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Mannetjesboon

v. (...bonen), koffieboon waarvan er slechts één in de koffiebes zit.

2025-07-15
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

mannetjesboon

v. mannetjesbonen; kleine, ronde koffieboon.

2025-07-15
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

mannetjesboon

v. ( ...bonen) ronde boon waarvan er slechts één in een koffiebes zit.

2025-07-15
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

mannetjesboon

v./m. (-bonen), een ronde boon die uit één pit in de koffiebes is gegroeid.

2025-07-15
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Mannètjesboon

MANNÈTJESBOON, v. (-en), ronde boon, koffieboon, waarvan er slechts eene in de koffiebes zit, terwijl er gewoonlijk twee zijn; ...HENNEP, m. zaaddragende hennep, in de plantkunde terecht vrouwelijke hennep geheeten; ...KEMP, zie mannetjeshennep; ...KEREL, m. (-s), een heele baas, een sterke kerel; ...KETTING, m. (-en), zware ijzeren ketti...

Gerelateerde zoekopdrachten