mankeeren
mankeeren - ontbreken ; in gebreke blijven ; zijn betalingen staken.
J.H. van Dale (1898)
MANKEEREN, (mankeerde, heeft gemankeerd), missen, in gebreke blijven: dat kan niet mankeeren; komt gij ook ? ja, zonder mankeeren; — den trein mankeeren, missen, niet op tijd geweest zijn om mee te kunnen gaan; — nalatig zijn deze firma mankeert, staakt hare betalingen; — heb ik u in iets gemankeerd ?, heb ik iets gedaan, dat uw...
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: