Wat is de betekenis van loopkever?

2025-07-15
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2025)

2025-07-15
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Loopkever

m. (-s), familie van snelle kevers met lange poten (Carabidae).

2025-07-15
Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

loopkever

kever met lange poten. kever uit een familie die gekenmerkt wordt door lange poten, sterke kaken en een ovaal rugschild, waarvan sommige soorten kunnen vliegen en andere alleen maar lopen. Voorbeelden: Vaak is vocht de oorzaak van een slakkenplaag. Probeer zo mogelijk de vochtafvoer te verbeteren [...]. Ook het aanlokken van natuurli...

2025-07-15
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2025)

loopkever

(1959) (sch.) kampeerder; wandelaar. • Deze vraag komt onwillekeurig bij de bezoeker op die „kampeerder of niet, ... cultus nog aan zijn trekken in de vorm van rugzaktentjes voor de „loopkevers". (Leidse Courant, 03/04/1959) • De caravans, weer mooier dan ooit, zijn als mobiele miniatuurflatjes op wielen, het toppunt van luxe...

2025-07-15
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

loopkever

loopkever - Zelfstandignaamwoord 1. (insecten) Carabidae een familie van over de hele wereld voorkomende kevers met lange poten waarmee ze snel kunnen lopen Woordherkomst samenstelling van loop(werkwoord) en kever

2025-07-15
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Loopkever

s.; (tuinloopkever), âldwiif (it), domeny, skallebiter.

2025-07-15
Encyclopedie voor Iedereen

John Kooy (1933)

Loopkever

v. insecten, wormen en slakken levende zwarte, bruine of blauwgroene kever.

2025-07-15
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

loopkever

m. (-s) kever met lange poten, waarmee hij snel kan lopen.

Wil je toegang tot alle 10 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2025-07-15
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

loopkever

m. (-s), 1. een in holen levende roofkever uit de familie loopkevers; 2. scherts, ben. voor een kampeerder of trekker.