Wat is de betekenis van Lindemans?

2024-04-26
Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Lindemans

1° Constant, priester-leeraar aan het S. Pieterscollege te Leuven. *31 Juli 1896 te Opwijk (Z. Brab.). Op zijn stukken, met hooge speelkwaliteiten, is invloed van Duitschland en vooral van Kath. Vlaamsch volkstooneel merkbaar. Ze zijn omkranst met droom en poëzie, legende en folklore, en hebben een satyrischen inslag. Meerdere soberheid i...

2024-04-26
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

Lindemans

(‘lindəmans) 1. (an) Vlaams taalkundige, ° 2 juli 1888 te Opwijk, was docent aan de Rijkslandbouwhogeschool te Gent; gaf verschillende verhandelingen uit over plaats- en persoonsnamen. 2. (Leo) Vlaams advokaat, ° 31 jan. 1923 te Brussel; zoon van (1), specialist voor het taalkundig vraagstuk in GrootBrussel.

2024-04-26
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Lindemans

Jan Jozef Reimond Maria, Belg. genealoog, *2.7.1888 Opwijk, ♱14.9.1963 Laken. Lindemans promoveerde in 1911 in Leuven. In 1921 werd hij docent aan de Landbouwhogeschool van Gent. Zijn interesse ging vooral uit naar de wetenschappelijke benadering van de Zuidned. plaatsen persoonsnamen, die hij als eerste wetenschappelijk bestudeerde. Hij stichtte i...

Gerelateerde zoekopdrachten