Wat is de betekenis van limbus?

limbus - Zelfstandignaamwoord 1. (kleding) zoom, strook aan de rand van een kledingstuk 2. (anatomie) rand van een weefsel 1. (medisch) overgang tussen het hoornvlies en het oogwit 2. (plantkunde) bovenrand van bloem met een kelk die niet in afzonderlijke bloemblaadjes is verdeeld...

Latijn voor rand. De uiterste rand van de hel of het voorgeborchte is volgens vroegere opvattingen de plaats of toestand van hen die na hun dood, zonder persoonlijke schuld, nog niet in de hemel zijn gekomen. Men onderscheidde het voorgeborchte der aartsvaders en de 'limbus puerorum', het voorgeborchte der kleine kinderen, die zonder doop waren ges...

Limbus is een Poolse aromahop.

[Lat. = streep, band, zoom] (nat.) in graden verdeelde rand van hoekmeetinstrument; (rk) voorgeborchte, plaats waar sommige zielen een natuurlijk geluk genieten.

zoom van een bloem (plantk.); boordsel; rand van een hoekmeetinstrument (nat.); voorgeborchte van de hel

zie Voorgeborchte der hel.

bladskyf, soom v/d blom; soom, omboorsel; rand (hoekmeetinstrument).

zoom; rand; borduursel; graadboog; voorgeborchte der hel, plaats van wie uitgesloten zijn van Gods aanschouwing, bijv. ongedoopte kinderen,

(Lat., zoom, rand), zie Voorgeborchte.