Wat is de betekenis van laagseizoen?

2024-04-26
Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

laagseizoen

meest rustige periode in een toeristisch seizoen. periode waarin zich het geringste aantal toeristen of bezoekers naar een toeristische bestemming begeeft, meestal buiten de schoolvakanties en wettelijke feestdagen of in een tijd met doorgaans minder gunstige weersomstandigheden; meest rustige periode in een toeristisch seizoen. In de mee...

2024-04-26
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

laagseizoen

laagseizoen - Zelfstandignaamwoord 1. is de periode buiten het hoogseizoen De herst en de winter zijn het laagseizoen voor badplaatsen. Woordherkomst samenstelling van laag en seizoen

2024-04-26
Klein hotelvademecum

Peter Joh .M. Zuidweg (2017)

Laagseizoen

De periode buiten het hoogseizoen, waarin vaak acties worden ondernomen om gasten te lokken (ook: Low season, Off season).

2024-04-26
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

2024-04-26
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

2024-04-26
Prisma Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)