kwibus
vreemde man. man die zich vreemd of belachelijk gedraagt; dwaas; zot. Voorbeelden: Het Nederlandse parlement is een onvrijwillig theater van de lach. Onze parlementariërs zijn kwibussen van belang, gewichtige narren, voor het grootste deel. Dit is een constatering. Gerrit Komrij, Averechts, 1980