Wat is de betekenis van kwajongen?

2024-04-26
Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

kwajongen

Het begrip kwajongen heeft 2 verschillende betekenissen: 1) ondeugende jongen. jongen die streken uithaalt; ondeugende jongen; deugniet. 2) jonge jongen. jonge jongen; knaap; snotneus.

2024-04-26
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

kwajongen

kwajongen - Zelfstandignaamwoord 1. een jongen die dingen doet die men niet goedkeurt, maar die men toch aardig vindt Synoniemen belhamel, bengel, boef, deugniet, doerak, dondersteen, donderstraal, kapoen, ondeugd, rakker, rekel, schavuit, schobbejak, snotaap, snotneus, vlegel, vlerk

2024-04-26
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

kwajongen

kwajongen - zelfstandig naamwoord uitspraak: kwa-jon-gen 1. ondeugende jongen die stoute dingen doet ♢ die Harry is nog een echte kwajongen Zelfstandig naamwoord: kwa-jon-gen de kwajongen ...

2024-04-26
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Kwajongen

s., kweajonge, kweastreupert, smoarge jonge.

2024-04-26
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

2024-04-26
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Kwajongen

m. (-s), 1. ondeugende jongen, straatjongen, bedacht op het uithalen van allerlei streken; 2. (alleen met het oog op de leeftijd) halfwas, knaap : hij is nog maar een kwajongen; — daar is hij nog maar een kwajongen bij, die is veel groter, veel erger enz.

2024-04-26
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

kwajongen

m. kwajongens (deugniet; aap, snotneus).

2024-04-26
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

kwajongen

(kwa'jongən) m. (-s) I. Eig. 1. kwade, ondeugende jongen. 2. Uitbr. aap van een jongen, snotneus: hij is nog een -. II. Metf. pijpestrootje: -s van buntgras.

Wil je toegang tot alle 12 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-26
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

kwajongen

m. (-s), 1. ondeugende jongen, straatjongen, bedacht op het uithalen van allerlei streken: 2. (alleen met het oog op de leeftijd) halfwas, knaap: hij is nog maar een -.