Koek en ei zijn (met iemand of iets)
in de beste verstandhouding leven, op zeer goede voet staan of omgaan met —, dik bevriend zijn; het is tussen die twee ook geen koek en ei, zij staan niet op goede voet met elkaar; van zaken: geheel in orde zijn, naar wens gaan. De uitdr. berust wsch. hierop dat eieren bij het koeken bakken een onmisbaar bestanddeel van het beslag zijn, zodat...