Wat is de betekenis van kluchtig?

2024-04-26
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

kluchtig

kluchtig - Bijvoeglijk naamwoord 1. grappig in de meer boerse zin van het woord In deze film komen veel kluchtige scènes voor. Woordherkomst afleiding van klucht met het achtervoegsel -ig Synoniemen lachwekkend, grappig, komisch, potsierlijk, belachelijk, onzinnig

2024-04-26
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Kluchtig

adj., kluchtich, kluftich, potsich, pitertuerlik.

2024-04-26
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Kluchtig

bn. bw. (-er, -st), lachwekkend, grappig, koddig, komiek, soms met de bijgedachte aan vreemd, zonderling: een kluchtig voorval; een kluchtige inval; hij keek mij zo kluchtig (vreemd) aan.

2024-04-26
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

kluchtig

bn., bw. (aardig, koddig, boertig, grappig): een kluchtige inval: hij keek mij kluchtig aan.

2024-04-26
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

kluchtig

(kluchtəch) bn. en bw. (-er, -st) 1. koddig, grappig : een voorval. 2. vreemd, zonderling : hij keek mij aan.

2024-04-26
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

kluchtig

bn. en bw. (er, st), lachwekkend, grappig, koddig, komiek, soms met de bijgedachte aan vreemd, zonderling: een — voorval; een kluchtige inval.

2024-04-26
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

2024-04-26
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Kluchtig

KLUCHTIG, bn. bw. (-er, -st), aardig, prettig, koddig; bespottelijk; vreemd; zonderling: een kluchtig voorval; een kluchtige inval; hij keek mij zoo kluchtig (vreemd) aan. KLUCHTIGHEID, v. koddigheid, vreemdheid; zonderlingheid.

Wil je toegang tot alle 9 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-26
Prisma Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)